Hoger beroep zitting 23 november
2016.
Vandaag kreeg de Delftse Blootloopzaak een vervolg. Het OM was
in cassatie gegaan tegen de vrijspraak in het hoger beroep,omdat het begrip evident ongeschikt niet in de
wet staat en onvoldoende gemotiveerd zou zijn.
Het OM herhaalde de oude standpunten, die moeten aantonen dat de
Delftse Hout van de één op de andere dag ongeschikt is geworden
voor naaktrecreatie. Zeer toevallig komt het tijdstip waarop het
strandje ongeschikt is geworden voor naaktrecreatie precies
overeen met de formele sluiting van het naaktstrand door de
gemeente. De argumenten die het OM gebruikte waren begin dit
jaar al uitgelekt in "De
Togacolumn: uit de NRC van 06-01-2016". Het is jammer dat
het OM geen kennis heeft genomen van de
reactie van deze site op de Togacolumn.
Het betoog werd verder ondersteund door een video die moest
aantonen dat de Delftse Hout in der loop der jaren een soort
stadspark was geworden vergelijkbaar met het Vondelpark in
Amsterdam.
De verdediging ging
uitgebreid in op het
begrip naakt. En dat het naakte menselijke
lichaam absolute niet schokkend hoeft te zijn. Ook werd verwezen
naar de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de
Mens in de zaak van de
Naked Rambler, die wel het recht had
van "vrije expressie" (= naakt zijn), maar die dit te extreem
doorvoer door overal naakt te verschijnen.
Verder stelde de verdediging dat het OM niet ontvankelijk is,
omdat de naaktrecreanten zijn bekeurd om de (vermeende) seksuele
overlast in het gebied tegen te gaan. Dit is in strijd met het
beginsel dat rechtsmiddelen alleen worden aangewend voor het
doel waarvoor zij bestemd zijn. (détournement de pouvoir).